Verloren Beek | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Verloren Beek- middelste tak | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Verloren beek- noordelijke tak | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Dorpse Beek bij Epe | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Klaarbeek | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Paalbeek | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Tongerense Beek | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Vlasbeek | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Witte Beek | Open in Beken Atlas Veluwe |
De Verloren Beek
De Verloren Beek ontspringt als kwelbeek in het Wisselse Veen, deels eigendom van het Geldersch Landschap. In het noordwestelijk deel is bij het graven van de Tongerense Beek een gedeelte van de (natuurlijke) bovenloop van de Verloren Beek afgekoppeld ten behoeve van voeding van de Tongerense Beek. Misschien heeft deze onthoofding geleid tot de naam Verloren Beek. Een andere verklaring kan zijn dat op de beek nooit molens zijn gebouwd. Een aanvraag daartoe van omstreeks 1822 werd afgewezen wegens bezwaren van derden. Economisch gezien was deze beek dus ‘verloren’. Op een enkel stuwtje na ontbreken belemmeringen in de bedding, zodat de beek snel stroomt.
In het buurtschap Zuuk verenigt de beek zich met de Klaarbeek. Via stuw en verdeelwerk voeden ze het nieuwe Vitens innamepunt bij de Zuukbrug (2015). Dit water wordt middels een transportleiding gepompt naar de Vitens infiltratievijvers aan de Koekenbergweg. Via het verdeelwerk kan ook een deel van het water naar de Grift worden geleid.
Fauna en flora
De snelle, praktisch ononderbroken stroom, maakt dat zich in de Verloren Beek een soortenrijke vispopulatie heeft kunnen ontwikkelen en handhaven. Rivierdonderpad, bermpje en beekprik komen er voor en als grote bijzonderheid de elrits. De Verloren Beek is de enige vindplaats buiten Zuid-Limburg. Vooral de bovenloop kent bijzondere plantensoorten zoals verscheidene fonteinkruiden (o.a. rossig en duizendknoop-fonteinkruid) en een kranswiersoort. In de berm tussen de bovenloop en de aangrenzende zandweg is een van de rijkste groeiplaatsen van “gagel” te vinden.
Waar het beekje langs de Papenstraat loopt, ziet een van de oevers in april wit van de bloeiende bosanemoontjes: een herinnering aan de houtwal die hier lang geleden langs de beek groeide.
Herstel Wisselse Veen top
In het begin van de 20e eeuw was het Wisselse Veen een van de schatkamers van de Nederlandse wilde flora met planten als parnassia, vetblad, klokjesgentiaan en diverse orchideeënsoorten. Door ontginning en ontwatering en een hercultivering in de jaren 50 van de 20e eeuw, ging deze flora vrijwel geheel verloren. Door een in 1993 begonnen natuurherstelproject is het tij gekeerd.
Er ontwikkelen zich nu weer veentjes, moerasjes en schone, kronkelende stroompjes en beekjes met plantensoorten als zonnedauw, moeraswolfsklauw en blauwe zegge.
Het Klaarbeeksysteem top
Onder het klaarbeeksysteem vallen de volgende beken:
Witte Beek, Tongerense Beek, Vlasbeek, Paalbeek en Klaarbeek
Het Klaarbeeksysteem wordt gevoed door een aantal bovenlopen. Onder deze verzamelnaam vallen behalve de Tongerense Beek, ook de door een sprengkop gevoede Vlasbeek of Vlesbeek, de eveneens van een sprengkop voorziene Paalbeek en de Witte beek, die nu is gedempt, ook een spreng. De benedenloop van de Witte beek, die Klaarbeek heet, is ook onderdeel van het Klaarbeeksysteem. De Klaarbeek kwam aanvankelijk uit in de Grift, maar wordt nu via een aquaduct over de Grift gevoerd om het Apeldoorns Kanaal van water te voorzien. En verder voedt de Klaarbeek het nieuwe ontvangstbekken van Vitens, van waaruit het water weer wordt teruggepompt naar infiltratiegebieden bij Epe.
De meest noordelijke spreng is de Vlasbeek, gelegen ten noorden van het Tongerense Veen. Misschien is deze natuurlijk ogende spreng, van oorsprong een beekje dat het Tongerense Veen afwaterde. Nu wordt het water van de Vlasbeek echter opgeleid om de laagte van het Tongerense Veen te kruisen – een van de weinige voorbeelden van een dalkruising en ook de langste van de Veluwe. Of de Vlasbeek ooit gebruikt is voor het “roten” van vlas is niet bekend. In Twente gebeurde dat wel.
Het kan ook zijn dat de naam ontleend is aan ‘ vles’, een synoniem voor plas. Na de dalkruising mondt de Vlasbeek uit in de Paalbeek. De sprengkop van deze beek ligt ten westen van hotel-restaurant De Witte Berken; de beek wordt langs de zuidrand van het Tongerense Veen geleid. Bij het landgoed Waayenberg komen de Paalbeek en de Tongerense Beek samen. De Tongerense Beek heeft als kwelbeek een diffuus begin ten westen van het Wisselse Veen. In 2014 zijn aanpassingen uitgevoerd aan het begin van de Tongerense beek. Het meest stroomopwaarts gelegen stukje beekwal heeft een mooie begroeiing van vooral hulstbomen. De in ditzelfde gebied gegraven spreng aan de voet van de Tongerense Berg vergroot het debiet van de Tongerense Beek nog meer. Deze spreng heette de Witte Beek, blijkbaar naar de witte neerslag die soms op de bodem te zien was. De sprengkoppen van de Witte beek zijn echter in 2014 gedempt, teneinde een vernatting van het Wisselse gebied te bewerkstelligen. Ook de Tongerense beek zal hierdoor minder wateraanvoer hebben, hetgeen weer invloed heeft op de watervoerendheid van de Klaarbeek. De Tongerense Beek is verder langs de noordrand van het Wisselse Veen geleid en al snel opgeleid naar de meest stroomopwaarts gelegen voormalige molenplaats de Achterste Molen. Voorbij De Achterste Molen is de beek door een lage rug gegraven en loopt dan verder door de oostelijke voortzetting van het dal van Tongeren. De volgende opleiding is ten behoeve van de vroegere Wisselse Papiermolens. Daarvan rest alleen een waterval.
Na de voormalige Wisselse Korenmolen, waar nu nog een cascade of vistrap is, wordt de beek Klaarbeek genoemd. De bovenloop hiervan ontstaat in het laaggelegen gebied tussen de Dorpse Beek en de Paalbeek. Ter hoogte van het Zorgcentrum Klaarbeek wordt de beek opnieuw opgeleid en stroomt een stukje langs de Hoofdstraat en de Eperweg naar de voormalige Kopermolen in Zuuk.
Vanaf de weg is de waterval met rad en het gebouw te zien. Daarna wordt de beek in de omgeving van de Gelriaweg opnieuw opgeleid, nu voor de voormalige Korenmolen in Zuuk en de Zuuker Korenmolen. Van de laatste rest aan de zuidkant van de beek nog het gebouw van de vroegere korenmolen. Aan de noordkant staan de gebouwen van de Veluwse Machine Industrie (VMI). Dit bedrijf heeft ter gelegenheid van het 45-jarig, respectievelijk 55-jarig bestaan in 1990 en 2000 de beide waterraderen in de beek hersteld. Vlak voor de snelweg A50 komen de Verloren beek en de Klaarbeek samen en stromen onder de snelweg door en voeden het nieuwe ontvangstbekken van Vitens. Ook gaat een deel van het beekwater naar de Grift en via een betonnen aquaduct over de Grift in het Apeldoorns kanaal. Het nieuwe pompgemaal pompt het water uit de vijvers naar de infiltratieplassen aan de Koekenbergweg en de Dellenweg.
Beekherstel top
De bovenloop van de Tongerense Beek is een voorbeeld van een fraaie houtwalbeek, vooral omdat flinke hulstbomen hier het aspect bepalen. De zijtak van deze bovenloop, de Witte Beek, vormt een echte sprengkop. In 2002 is deze van zijn houtopslag ontdaan om het historische beeld van een spreng in de heide weer terug te krijgen. Hoewel er kritiek mogelijk is op de manier waarop het Waterschap Veluwe tewerk is gegaan, er hadden wel wat zware eiken en dennen meer kunnen blijven staan, was deze rigoureuze omvorming wel een succes. Binnen een jaar sloeg de struikhei op de kale wallen massaal op.
Flora top
De Tongerense Beek en de Witte Beek komen samen in de noordwestelijke uitloper van het Wisselse Veen. Ze maken hier een natuurlijke indruk, o.a. omdat ze hier op maaiveldniveau stromen. Ze hebben een bijzondere flora, waarvan teer vederkruid, duizendknoopfonteinkruid en hier en daar de blauwe waterereprijs de opvallendste soorten zijn.
Eper beken top
Het uitgebreide stelsel van beken dat het Klaarsysteem en de Dorpse Beek omvat, wordt wel aangeduid als de ‘Eper Beken’. De naam ‘stelsel’ is hier op z’n plaats omdat de geschiedenis van deze beken sterk samenhangt. Oorspronkelijk hebben westelijk en zuidelijk van Epe waarschijnlijk twee beken gelopen; de kwelbeek die het Tongerense Veen ontwaterde en als tweede de Verloren Beek die het kwelwater van het Wisselse Veen afvoerde. Tussen beide oude kwelbeken ligt nu de Tongerense Beek, een sprengenbeek die een aantal molens liet draaien. De bouw van molens op deze beek was aanleiding tot een aantal wijzigingen in de beeklopen. De Tongerense Beek vloeit tegenwoordig samen met de Paalbeek en heet verder stroomafwaarts Klaarbeek. Het komt erop neer, dat het overgrote deel van het water uit de omgeving van Epe naar de Klaarbeek is geleid. Waarschijnlijk is dat gedaan voor de korenmolens die aan deze beek stonden.
Infiltratiegebied
De periode dat het grondwater van de Veluwe ongelimiteerd voor handen was, is voorbij. Toenemend waterverbruik is het gevolg geweest van de bevolkingsgroei, de grotere welvaart en de groei van de bedrijvigheid. Dit waterverbruik heeft naast de ontwatering van landbouwgronden plaatselijk geleid tot te grote verlaging van de grondwaterstand, met als gevolg verdrogingverschijnselen. Als voorbeeld hoe hierin verbetering kan worden gebracht, is in 1999 het infiltratieproject Epe gerealiseerd.
Het pompstation Epe is eind van de jaren 50 van de 20e eeuw gebouwd ten behoeve van de drinkwatervoorziening van Hattem tot Vaassen. Voor deze winning is een vergunning om jaarlijks 6 miljoen m3 water uit de bodem te mogen onttrekken. Hiervan wordt 4,3 miljoen m3 geproduceerd. Deze winning heeft geleid tot verdrogingverschijnselen in de lager gelegen omgeving en tot verminderde afvoer van beken. Besloten is dan ook om het verlies aan grondwater en daarmee de daling van het grondwaterpeil te compenseren met toevoer van beekwater uit de Klaarbeek en de Verloren beek. Dit tot een maximum van 2,2 miljoen m3 per jaar in de maanden oktober tot en met maart. In 2015 is een opvangbekken gerealiseerd door Vitens nabij de Zuukerbrug over het Apeldoorns kanaal. Dit project is in samenwerking met het Waterschap Vallei en Veluwe uitgevoerd samen met de herinrichting van de Grift. Het beekwater wordt van hieruit via een leidingenstelsel naar infiltratiebekkens in de stuwwal, bovenstrooms van het pompstation, gepompt. Daarbij is geen tussentijdse waterzuivering nodig. Wel passeert het water aan de Dellenweg te Epe een bezinkvijver. Ten gevolge van deze watertoevoer vermindert de oorspronkelijke grondwateronttrekking en kan het grondwaterpeil in de natuurgebieden weer enigermate gaan stijgen door de toename van kwel. Hierdoor kunnen bestaande natuurwaarden nog verbeteren en krijgen gebieden met huidige lage natuurwaarden, maar met hoge potentie voor land- en waternatuur, ontwikkelingskansen.
Dorpse Beek top
Het dal van het Tongerense Veen watert in een natuurlijke situatie ten zuiden van Epe af naar het oosten. De Dorpse Beek echter, gevoed door de kwel in het meest westelijke deel van dit dal, is noordwaarts afgeleid door de bedding door een wat hogere rug te graven, ter hoogte van het landgoed Kolthoven. De beek stroomt verder naar het dorp Epe door een ander, ondiep dal. Waarom en wanneer die omlegging heeft plaats gehad is niet duidelijk. De beek voedde de ‘slotgracht’ van huize De Quickborn, een soort havezate. De Eper Dorpse Beek ontspringt als een typische kwelbeek. Het brongebied voedt de beek permanent met het diepere grondwater dat uit de stuwwal afkomstig is. In perioden van veel neerslag in de winter werkt de beek als een laaglandbeek. In de meeste zomers echter verliest de beek, ter hoogte van de doorgegraven rug het contact met het grondwater en valt droog. Het droogvallen, al eeuwen een probleem, is alleen te verhelpen door de bedding, die door de zandrug is gegraven, met leem te bekleden. In vroegere jaren placht de beek wel eens een aantal straten in het centrum van Epe blank te zetten. Dit euvel behoort tot het verleden: de gemeente heeft intussen de bergingscapaciteit van de riolering vergroot. Het waterschap heeft in de bovenloop grote retenties aangelegd om een piekaanvoer op te vangen. Ze liggen op verschillende plaatsen langs de Dorpse Beek ten zuiden van de Tongerense weg. In 2014 is een klein gedeelte van de Dorpse Beek, die langs de Beekstraat liep, gedempt omwille van de verkeersveiligheid. Nu voedt de Dorpse Beek de eerste vijver volledig en stroomt daarna door naar de tweede vijver in het centrum van Epe. Voorbij het dorp, bij de Zuukerweg, komt de beek weer uit de overkluizing te voorschijn en stroomt langs de waterzuiveringsinstallatie. Samen met het effluent( gezuiverde afvalwater) van deze installatie komt het beekwater in de Grift uit. Een karakteristieke plant die op een aantal plaatsen langs de Dorpse Beek groeit is de adderwortel.
Molen in het dorp Epe?top
Er is vaak gedacht dat in het centrum van Epe een watermolen op de beek heeft gestaan. Die gedachte stoelde op een prent van Jacobus Stellingwerff met het opschrift ‘Eepe 1662’. Deze prent toont een watermolen met twee onderslagraderen. Afgezien van andere details die niet kloppen is een onderslagmolen op de Eper Dorpse Beek ondenkbaar; daarvoor had dit beekje te weinig capaciteit. De situatie op de prent komt echter redelijk overeen met een molenplaats in Epe aan de Dinkel, in de buurt van Gronau. De vraag is natuurlijk in hoeverre de prent een toenmalige situatie nauwkeurig weergaf.